interview - ‘Ik heb haast, geesten wachten niet’

Rotterdam Dit is een p class = intro, wat zou hier in moeten staan.

tekst Danielle Pinedo beeld Anaïs López | Zaterdag 4 september 2010 | pagina 46

interview Derek Ogilvie

Medium Derek Ogilvie maakt zich op voor een nieuw tv- en theaterseizoen. Hij legt contact tussen de doden en zijn duizenden fans. ‘Uit hersenonderzoek blijkt, dat mijn hersenen anders functioneren.’

Derek Ogilvie! De receptioniste van het Gooise viersterrenhotel Newport hapt naar adem terwijl zij haar collega wijst op een kleine man met hippe zonnebril voor de entree. Het Schotse medium staat te praten met zijn manager, zich niet bewust van het tafereel dat zich achter zijn rug afspeelt.

Derek Ogilvie is een fenomeen. Tienduizenden mensen kwamen de afgelopen maanden op zijn theatershow Derek Ogilvie on Tour af, waarin hij contact legt met geesten van overleden dierbaren. Zijn tv-programma’s trekken ruim een miljoen kijkers per aflevering. Als hij signeersessies in boekhandels geeft, moet er wegens de drukte beveiliging aan te pas komen. Volgens zijn manager stromen er dagelijks honderden aanvragen voor privéconsulten binnen.

Maar er is ook kritiek op de voormalig horecaondernemer wiens miljoenenbedrijf in 2000 failliet werd verklaard na een onverantwoorde investering. Critici zetten vraagtekens bij zijn gedetailleerde informatie uit de geesteswereld. Ze menen dat hij bij zijn optredens gebruikmaakt van acteurs. Of voorafgaand aan zijn readings navraag doet bij nabestaanden – verdachtmakingen die hij verre van zich werpt.

Of zijn contact met geesten echt is of gespeeld, is niet de kwestie. Wie sceptisch is, zal nooit onomstotelijk bewijs vinden. Wie van hem houdt, wil geen kritiek horen. Interessant is waarom hij zo’n succes heeft. En wat hem beweegt.

Heeft u zelf een verklaring voor uw populariteit?

„Een van de redenen dat ik succes heb, is dat ik geen geheime agenda heb. De Derek die je op toneel ziet, is dezelfde Derek die thuis op de bank zit. Dat is ook wat ik hoor als ik mensen op straat spreek: ‘in het echt ben je niet anders dan op tv’.”

Uw succes staat niet op zichzelf. Spirituele programma’s, bladen, boeken en cursussen doen het momenteel erg goed.

„Toen ik opgroeide, wilde iedereen een eigen auto, huis en wastrommel. Nu we alles hebben wat ons hartje begeert, gaan we op zoek naar nieuwe manieren om een volwaardig bestaan op te bouwen – en spiritualiteit is daarbij de volgende horde. Je zal zien dat die ommezwaai van materieel naar immaterieel mensen in beweging brengt. Bewuster maakt van de wereld om hen heen.”

Succes streelt het ego. Hoe gaat u daar mee om?

„Als twintiger had ik het daar vast moeilijk mee gehad. Maar als man van 45 met een behoorlijke dosis levenservaring, voel ik mij stevig in mijn schoenen staan. Alles wat ik de afgelopen jaren heb bereikt, kwam op mijn pad. Via mijn tv-show in Engeland kreeg ik het aanbod voor een tv-show in Nederland. En daarna klopten de Belgen aan. Als mijn manager mij adviseert een tv-baas in Australië of Amerika te bellen, dan doe ik dat. Maar ik zal nooit gaan leuren. Als je dingen forceert, komt er negatieve energie vrij. Daarmee wil ik overigens niet beweren dat het makkelijk is om met de stroom mee te gaan. Ook mij bekruipt zo nu en dan het gevoel dat de tijd dringt. Dat ik doelen moet nastreven.”

Want we leven in een prestatiemaatschappij.

„Een prestatiemaatschappij die we zelf gecreëerd hebben.”

Hoopt u stiekem de wereld te veranderen met uw werk?

Lange stilte. „Zo redeneer ik niet. Ik hoop gelijkgestemden op sleeptouw te nemen met wat ik doe. Het is toch mooi als mensen na mijn show positiever tegen een familielid aankijken? Of een vreemde in de tram vriendelijk toelachen? Het ligt niet in mijn macht om de wereld te veranderen. Ik walg van wat er in bepaalde landen op deze planeet gebeurt. Maar wat kan ik er als eenling tegen doen? Je bokst op tegen grote bedrijven, die er niet van houden als je vraagtekens plaatst bij de mensenrechtensituatie of het dierenwelzijn in een land. ”

Toch was u niet altijd zo begaan met het lot van anderen. Als zelfstandig ondernemer had u andere doelen voor ogen.

„Dat klopt. Ik heb mij jarenlang door mijn ego laten leiden. En dat had alles te maken met mijn ervaringen als adolescent. Poof noemden ze me op de middelbare school. Homo. Ter compensatie besloot ik als student te bewijzen dat ik beter was dan de rest. Ik ging gitaren verkopen, opende een muziekwinkel, een restaurant. En toen het geld eenmaal binnenstroomde en ik een Rolls Royce voor mijn riante huis had staan, stak ik in gedachten een middelvinger op naar al die pestkoppen.”

Maar het leverde geen geluk op?

„Nee, integendeel. Ik leefde, financieel gezien, steeds meer op het randje. Als ik de ene zaak had geopend, was ik alweer bezig met de volgende. En daarvoor sloot ik telkens grote leningen af. In 2000 stortte mijn hele bouwwerk in elkaar. Ik ging failliet, vroeg een uitkering aan, trok in bij een vriend. Mijn ouders kwamen dagelijks eten brengen. In die periode begon ik mij te realiseren dat ik een monster had gecreëerd.”

Een monster?

„Zakelijk gezien. Ik had honderd medewerkers, van dj’s, barkeepers, kelners tot koks. En toch moest ik van mezelf steeds met iets nieuws op de proppen komen. Ik zat in een tredmolen.”

Allemaal vanwege die pestkoppen.

„Allemaal omdat ik mijn eigen anders-zijn niet kon accepteren. Pas toen ik 27 was, raapte ik de moed bij elkaar om mijn moeder te vertellen dat ik homoseksueel ben. In een dronken bui, na een avondje stappen. We hebben er samen een potje om gejankt.”

En daarmee verdween ook die drang om uzelf te bewijzen?

„Ja. Ik weet dat ik mezelf met die drang te gronde heb gericht. En dat zal mij niet nog eens gebeuren. Ik voel mij goed over mijn homoseksualiteit, al zou ik graag een levenspartner willen vinden. Maar als het er niet van komt, so be it.”

U wekt de indruk dat u nog steeds moeite heeft met criticasters.

„Ik heb er geen moeite mee als mensen zeggen ‘leuk programma, Derek, maar ik geloof niets van wat je beweert’. Waar ik wél moeite mee heb, is als ik op internet lees dat ik acteurs inhuur voor mijn shows. Een onzinnige veronderstelling. Want het zou me niet alleen handenvol geld kosten, maar ik zou er ook veel voor op het spel zetten. Er hoeft maar één acteur naar de media te stappen, en mijn reputatie is aan flarden.”

Hoe pareert u die kritiek?

„Door gedetailleerde informatie te verschaffen over wat ik doorkrijg uit de spirituele wereld.” Hij wijst denkbeeldige mensen aan: „Jouw vader is vier jaar geleden overleden, jij hebt onlangs een nieuw bed gekocht, jouw zoon brak zijn voortand tijdens een vakantie in Spanje toen hij tweeënhalf jaar oud was. En jíj lag vijf jaar geleden in het ziekenhuis, waar je vier verschillende medicijnen kreeg toegediend. Bang, bang, bang. Met dat soort details breng ik sceptici aan het twijfelen.”

U probeert hen de mond te snoeren?

„Nee. Ik vertel enkel wat een geest mij wil vertellen. En dat heeft niets te maken met hoe ik mijn critici bejegen. Als een geest mij vertelt dat iemand in het publiek het fotolijstje bij de televisie heeft verplaatst op dinsdagmorgen, is dat wat ik overbreng. Ik heb geen controle over de inhoud van de boodschap. Noch over de manier waarop die boodschap wordt overgebracht. Dus ik kan er ook geen bijbedoelingen mee hebben.”

U kunt erg persoonlijk worden tijdens uw optredens. Zo onthulde u ooit dat een meisje in de zaal een moedervlek op haar vagina heeft. En een man kreeg te horen dat hij niet de echte vader van zijn kind is.

„Ik vraag mensen altijd om aan te geven wanneer ik moet stoppen. Als ik tegen een vrouw in het publiek zeg dat ik graag terug wil naar haar vroege adolescentie, weet zij dat ik doel op het feit dat zij als twaalfjarige seksueel misbruikt werd. ‘Zal ik doorgaan’, vraag ik dan. ‘Ja’. ‘Je bent twaalf en we zitten in je slaapkamer. Zal ik doorgaan?’ ‘Nee.’ En dan stop ik meteen.”

U voelt zich niet verantwoordelijk voor de gevolgen van uw onthullingen?

„Ik geloof dat mensen goed in staat zijn hun grenzen aan te geven.”

Hun nieuwsgierigheid wint het nooit van hun gezond verstand?

„Ik ben al drie jaar met mijn hoofd op tv in Nederland, mensen kennen mijn programma’s. Ze lezen erover in bladen. Ze weten hoe ver ik kan gaan. Dus nee, ik voel mij in die zin niet verantwoordelijk.”

Critici vinden dat u zich als een popster gedraagt.

Oprecht verbaasd: „Waarom? Omdat ik plezier maak op toneel?”

Omdat u op het toneel staat, een grote schare fans heeft en veel geld verdient.

„Misschien bedoel je dat ik laatst een liedje heb gezongen in Carré? Of dat ik – als ik de media mag geloven – in Nederland beter verkoop dan de Rolling Stones. Of dat er vorig jaar zó veel mensen op mijn signeersessies afkwamen, dat er beveiligers moesten worden ingeschakeld. Maar maakt dat een popster van mij? John Edward [een populair Amerikaans medium] trekt veel grotere zalen dan ik. Noemen ze hem een popster?”

U heeft enkele jaren geleden deelgenomen aan een grootschalig onderzoek van de Amerikaanse hersenspecialist Gerald Gluck. Was u verrast door de uitkomst?

„Uit zijn onderzoek bleek dat mijn hersenen anders functioneren dan bij de meeste mensen. Ik ben in staat een luikje aan de voorkant van mijn hersenen te openen en de rest van mijn hersenen te sluiten. Er gaat een slot op het taalkundige deel, zodat ik al mijn aandacht op de geesteswereld kan richten. Alleen bij boeddhistische monniken hadden de onderzoekers zoiets eerder gezien. Het resultaat bewijst niet dat ik paranormaal begaafd ben, maar wel dat er bij mij een grote hoeveelheid energie kan vrijkomen.”

Verklaart dat waarom u zo’n opgejaagde indruk maakt tijdens uw optredens?

„Ik heb haast omdat ik niet weet wanneer ik het contact met de geesteswereld kwijtraak. En de geesten hebben haast omdat ze bang zijn dat hun batterij leegloopt. Tel daar bij op dat alle informatie voor het Nederlandstalige publiek vertaald moet worden door een tolk, en je begrijpt dat het tempo er flink in zit.”

Eerst verkocht u voedsel in restaurants. Nu voeding voor de ziel. Wat is het verschil?

„Je bedoelt dat ik nog steeds een bedrijf run? Kijk, we leven in een commerciële wereld. Ik werk voor RTL, dat is een commercieel bedrijf. Zo is het nu eenmaal.”

Eerder betoogde u dat we ervoor kunnen kiezen niet aan die prestatiegerichte maatschappij mee te doen.

„Dat is waar. Maar hoe kan ik anders doen wat ik doe? Miljoenen mensen kijken naar mijn tv-shows. Duizenden mensen lezen mijn boeken. Hoe kan ik die mensen anders bereiken? Door op een straathoek te gaan staan? Ik sta open voor serieuze alternatieven, want het kost honderdduizenden euro’s om het land door te toeren. Mijn shows zijn tot in de puntjes verzorgd. Licht, geluid, camerawerk, decor. Er is geen medium met een betere show in de wereld dan ik.”

Raakt u emotioneel betrokken bij mensen in uw show?

„Ik heb vaak met kwetsbare mensen te maken. Door krachtig over te komen probeer ik anderen de kracht te geven om te doen wat ze moeten doen. Maar dat betekent niet dat ik mij nooit kwetsbaar voel. Ik maak ook periodes van onzekerheid en eenzaamheid door, geloof me. Er zijn momenten dat ik aangedaan het toneel af loop omdat het verlies van een ander raakt aan mijn eigen verlies. Een kind dat overlijdt bij een ongeluk kan mij doen denken aan een soortgelijke ervaring, jaren geleden, met twee vrienden.”

U geeft graag. Kunt u ook ontvangen?

„Daar voel ik mij ongemakkelijk bij. Liever doe ik speciale dingen voor anderen, want dat geeft mij een goed gevoel. Ik heb veel fans die mij dingen toesturen. Zoals de vrouw die een collage maakte van alle theaters waar ik ooit heb opgetreden. Of de fan die een olifant voor mij adopteerde. Er is zelfs een ster naar mij vernoemd! Ik vind het moeilijk dat soort dingen in ontvangst te nemen.”

Dat klinkt wat terughoudend. Het moet toch wat met je doen als anderen zo veel kracht uit je putten.

„Het doet mij wel degelijk wat. Maar dat komt ook doordat mijn fans heel eerlijk en kritisch tegen me zijn. ‘Die derde reading vond ik maar niks’, zeggen ze dan. Of ‘trek de volgende keer een ander shirt aan’. Ik sta niet op een voetstuk. En dat heeft weer te maken met het feit dat ik hen als gelijken behandel.”

Beschouwt u zichzelf als spiritueel?

„Ik zou mezelf niet spiritueel noemen. Ik probeer het beste uit mezelf te halen. Maar ik heb goede en minder goede dagen. Spiritualiteit gaat over ‘in balans zijn’. Als je echt spiritueel bent, kun je goed met stemmingswisselingen omgaan. Kun je goed ‘in het moment zitten’. Je bent liefde, in plaats van dat je lief hebt. Dat punt heb ik nog niet helemaal bereikt.”

Aan het eind van het gesprek zegt Ogilvie dat hij hoopt dat zijn woorden zijn gevoelens goed uitdrukken. En dan valt een langdurige stilte. „Het leven is zo kostbaar”, zegt hij. „Dat is ook de belangrijkste boodschap die ik vanuit de spirituele wereld meekrijg. ‘Geniet van je leven. Wees goed voor anderen. Kijk niet om in wrok’. En daarom doet het mij pijn als ik zie hoe mensen hun leven verkwanselen. Hoe zij verteerd worden door egoïsme. Hoe zij minder gefortuneerden als shit behandelen. Ik wálg er van.”

Met zijn vingertoppen trommelt het Schotse medium zachtjes op het tafelblad. Hij zoekt naar woorden. Wrijft in zijn ogen. „Weet je wat ik hoop?”, zegt hij ten slotte. „Dat ze een mooie zin op mijn grafzerk zetten. ‘Dit was een aardige vent’. Dat zou mij heel gelukkig maken.”

CV Derek Ogilvie

1965 geboren op 21 februari in Johnstone Schotland

1982-1989 studie engineering.

1984-2000 eigenaar gitaarwinkel, bars en clubs.

2001-heden medium. Radioprogramma in Glasgow. Daarna tv-shows De babyfluisteraar (2006) Baby’s wil is wet (2007), The ghost whisperer (2008), Family circle (2009) en Crosscountry (2010).

Beslissend moment

„Toen ik elf jaar was, realiseerde ik mij voor het eerst dat muziek mijn grote passie is. Ik gaf een optreden met mijn accordeon. Acht jaar later opende ik een gitaarwinkel, mijn eerste daad als jonge ondernemer. Er zouden vele volgen.”

CV Derek Ogilvie

1965 geboren op 21 februari in Johnstone Schotland

1982-1989 studie engineering.

1984-2000 eigenaar gitaarwinkel, bars en clubs.

2001-heden medium. Radioprogramma in Glasgow. Daarna tv-shows De babyfluisteraar (2006) Baby’s wil is wet (2007), The ghost whisperer (2008), Family circle (2009) en Crosscountry (2010).

Beslissend moment

„Toen ik elf jaar was, realiseerde ik mij voor het eerst dat muziek mijn grote passie is. Ik gaf een optreden met mijn accordeon. Acht jaar later opende ik een gitaarwinkel, mijn eerste daad als jonge ondernemer. Er zouden vele volgen.”

Dit artikel werd gepubliceerd in NRC Handelsblad op Zaterdag 4 september 2010, pagina 46